Kranten

G. Altius, J.P. Hebel, D. Lugt, H. Altius en M.H. Steenhouwer, Makelaars, zullen op Maandag den 29 Mei 1809, te Amsterdam in 't Oudezijds Heren Logement, verkoopen: Een hechte sterke en welgelegen HOUTZAAGMOLEN, zijnde een Paltrok, genaamd DE BYL, benevens de daarbij behorende Heeren-Huizinge, Knechts-Woningen, Moestuin, Boomgaard, Houten Timmer-Lootsen, mitsgaders alle vaste en losse Gereedschappen, volgens Inventaris, (alles te zamen in een koop) staande en gelegen buiten dezelve Stad, tusschen de Raam- en Zaagmolens Poorten, geteekend D. Y. en M. G. 5. No. 59., nieuwe No. 411, (groen.) Breder bij Biljetten omschreven, en dagelijks te zien, des voormiddags van 10 tot 12 uren. De Bewijzen van Eigendom en Veilconditien zullen 4 dagen voor en op den Verkoopdag te zien zijn, ten kantore van den Notaris P. Lijndraaijer, op de Nieuwezijds Voor Burgwal, bij de Molsteeg.

F. SCHUTTE, J. C. SCHUTTE en J.J. EIJROND, Makelaars, zullen op Maandag 13 Februari 1871, des Avonds te Zes uren, in het Lokaal de Brakke Grond, in de Nes, ten overstaan van den Notaris C. OLST JR. in Veiling brengen:
EEN HOUTZAAGMOLEN (PALTROK),
genaamd DE BIJL, met MOLENWERF, HEERENHUIZING. KNECHTSWONINGEN, apart verhuurde WONINGEN, HOUTLOODSEN, BALKHAVEN. SCHUITENHUIS en grooten TUIN, alles aan en bij elkander, buiten de stad Amsterdam, tusschen de Zaag- en Raambarrières, op het Middenpad, Buurt WW, No. 154, 154a, 154b, 154c, 155, 156, 157, 157a en 158, te zamen groot 31 Aren (Roeden), 46 Centiaren (Ellen).
GEHEEL EIGEN GROND. Breeder bij Biljetten omschreven. Te bezichtigen des Dinsdags en Donderdags, van 12 tot 3 uren.
De Bewijzen van Eigendom en de Veilconditiën zullen vier dagen vóór, alsmede op den Verkoopdag, des Voormiddags ter inzage liggen ten Kantore van den Notaris C. VAN OLST JR.. op de Heerengracht bij de Beulingstraat.
(1172)

Bij het onweder van Zondag. morgen is te ongeveer halfzeven de bliksem geslagen in den molen D'Otter, van den heer G. v. d. Bijl, op den Achterweg, een pad buiten de Raampoort te Amsterdam. Het hemelvuur werd aangetrokken door de opstaande roe of wiek, verbrijzelde daarvan het middelgedeelte, sloeg een gat in de as en liep op zeer bijzondere wijze het geheele inwendige van den molen rond, hier op ruwe wijze een gat schavende in een dikken eikenhouten balk, daar eenvoudig een mooi rond gaatje borende, en overal stukken en splinters afslaande. Volgens het Hbl. was het merkwaardigste, dat niet het geringste spoor van brand of zelfs brandmoeten werd waargenomen. Alleen was de molen vervuld met eene sterke phosphorlucht. Tijdens het inslaan stonden het geheele gevaarte en de werf, waarop de molen staat, zóó te schudden en te trillen, dat uit eene openstaande regenton, op eenige meters afstands, het water hoog opgolfde en overvloedig over de randen heenklotste. Toen men, nadat het booze weer eenigszins bedaard was, een onderzoek instelde, lag het binnen in den molen en daaromheen bezaaid met houtsplinters van de grootte van een lucifer.
Des avonds te voren was aan den op ongeveer honderd meter afstands gelegen molen De Bijl, van den heer H. Pouwels, eenzelfde lot weervaren. Hier hield de bliksem op dezelfde wijze huis en berokkende, naar 't schijnt, nog een weinigje meer schade.