Utrecht, Volmolen van Willem de With, Rijnackermolen
Gegevens akte
Datum | 23-06-1657 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Contract |
Inventarisnr | U044A002 |
Aktenr | 30 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Leenhardt Peters van der Wulff draagt in verband met een huurschuld zijn goederen over aan Adriaen van Oort, waaronder sesthien stucken notebomen hout leggende bij de saechmolen van Willem de Wit buijten Tollesteech.
Niet duidelijk welke molen.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 05-05-1664 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Schuldbekentenis |
Inventarisnr | U067A001 |
Aktenr | 43 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Jan Henricksen Craemer bekent schuldig te zijn aan Willem de With, burger van Utrecht, de som van F 500 wegens een jaar huis- en molenhuur, verschenen 1 mei 1664, waarop hij korten zal aan verdiend zaagloon F 479:12, en aan Willem de With nog verschuldigd is wegens ontvangen zaagloon een bedrag van F 25, en F 75 ontvangen van de huisvrouw van De With. Per saldo blijft F 150:2, boven F 10 tot een kennis en F10:11 voor de helft van de onkosten van de kruck bij de With aen Jan Henricksen vereert ende goet gedaen.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 05-05-1664 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Huurovereenkomst |
Inventarisnr | U067A001 |
Aktenr | 44 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Willem de With en Jan Henricksen Cramer komen overeen, dat het zaagloon van de molen van Willem de With vanaf 1 mei 1665 tussen beiden gemeen zal zijn en half en half worden genoten, en dat vanaf die datum de molen tot beider profijt en schade zal staan. Reparaties gedurende de huurperiode zullen voor beider rekening zijn, behalve reparatie aan as en binnenroe, die Willem de With voor zijn rekening zal nemen. Ze zullen gezamenlijk een onderknecht of en jongen huren ingaande 1 mei voorleden, en Willem de With zal voor zijn rekening een meesterknecht huren. Uit de winst zal Jan Henricksen aan Willem de With F 470 uitkeren; de huur van de knecht of jongen zal uit de gemene winst worden betaald; de resterende winst zal half en half worden gedeeld. Jan Henricksen Cramer zal gehouden zijn de navolgende gespecificeerde materialen te bewaren ende nae behooren te versorgen ende tenoirbaer te emploijeren, als daer zijn veertich saegen in de groote slee, vijf goede ne vijf half slete in de kleijne slee, veertien daeronder ses niew in de sle naest den Rhijn, vijf en twintich vracke soo oude als gebroocken ende alsulxs onbruijckbare sagen, vijf en dartich hengelse ofte hangijsers, nevens eene van de verbrande molen, een ouden kruck een schijfloop ende bonckelaer, een slee raegien(?), tien soo kleijne als groote balckijsers, twe kleijne ende een groote muker hamers, een kleijn vuijsie, een dissel ende bijl, twe wijnden, een nijptangh, een houthaeck, vier houvasten, een treck saegh met een niwe trecksaegh niet gevijlt nevens een hantsaegh, twe balck haeckgens, seven saegh vijlen, een strijckvijl, een setijser, boven tien niwe saegen bij de comparanten gemeen te copen (…) sulxs dat alle t geene aen de voorszegde gespecificeerde posten sal comen te manqueren bij Jan Henricksen sal werden vergoedet (…).
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 03-05-1669 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Accoord |
Inventarisnr | U048A003 |
Aktenr | 619 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Accoord tussen Willem de With, houtkoper aan de Vaert, en Gerrit de With, houtkoper te Wesel, zoon van Gosen de With, over afwikkeling van de verkoop van het huis het Tienthof te Wesel, en de beëindiging van het proces voor het gerecht van Utrecht. Willem de With stelt onder meer de Rijnacker en zijn zaagmolen als onderpand.
Over de zaagmolen wordt geschreven:
met de saechmolen voor desen geweest een vulmolen en vorder getimmer daer op staende.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 27-06-1670 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Accoord |
Inventarisnr | U048A004 |
Aktenr | 121 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Willem de With, houtkoper aan de Vaart, en Gerrit de With, houtkoper te Wesel, als zijn borg, en Johannes Bisenius, predikant te Xanten, namens zijn vrouw, dochter en mede erfgenaam van wijlen Gosen de With, houtkoper te Wesel, en zich sterk makende voor de overige erven, komen overeen dat Willem de With en zijn borg uit hoofde van een obligatie uit 1661 en een openstaande rekening zullen betalen een bedrag van F 2.500, en dat de lopende processen zullen cesseren. De borgtocht van Gerrit de With wordt gehandhaafd tot aflossing toe, evenals de hypotheek op de Rijnackermolen. Het huis van Gerrit de With onder Tolsteeg wordt uit het verband ontslagen.
Molens in deze akte