Akten

Utrecht, De Otter

Gegevens akte

Datum11-08-1662
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortOverlijden
Inventarisnrarch nr 711 inv nr 124 p 460 dp 240
Aktenr
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Een kint van Cornelis Pietersz Otter uijt de vrijheijt op de derde zaechmolen buijten Tollesteech nalatende ut supra begraven in de Nicolaikerck

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum20-11-1671
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortOverlijden
Inventarisnrarch nr 711 inv nr 125 p 554 dp 301
Aktenr
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Cornelis Pietersz de Otter buijten Tolsteech uijt de vrijheijt laet na sijn vrou met onmondige kinderen begraven in de Nicolai

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum30-03-1674
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortObligatie
InventarisnrU047A007
Aktenr189
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Frans van Reumelaer bekent schuldig te zijn aan Gerard de With, koopman wonende te Wesel een bedrag van F 640 ter zaken van gekocht en geleverd eikehout. Hij assigneert de tweede termijn van de aanbestede penningen der watermolens door hem comparant op het waterschap van Bijleveld te maken.

Zie ook U064A003 nr 149 dd. 26-04-1674 (niet ingevoerd): nogmaals F 800 vanwege geleverd eikehout met assignatie als voren.
Gerard de With was mede eigenaar voor ¼ in molen de Otter. Het is niet bekend wanneer hij in het bezit daarvan was gekomen.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum15-02-1676
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortAttestatie
InventarisnrU064A005
Aktenr14
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Johanna van de Velde, bejaarde dochter, tegenwoordig wonende te Culemborg, verklaart dat het geld voor de plecht, die Cornelis Pietersz Otter op 26 junij 1671 ten haren behoeve heeft gevestigd op de helft van zijn zaagmolen, huis en verder toebehoren, staande op de Vaartse Rijn onder Hoograven, ten bedrage van F 1.100, niet door haar maar door Agnietgen Barents van Breenen is verstrekt. Zij belooft namens haarzelf en haar erfgenamen de plechtbrief te zullen transporteren voor het gerecht van Hoograven.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum25-05-1678
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortAttestatie
InventarisnrU077A004
Aktenr101
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Petrus Curtius, mr chirurgijn en burger van Utrecht, oud 58 jaar verklaart, dat hij op 12 mei 1678, zondagavond om 9 uur door Peter Janssen, schippersknecht van het marktschip op Ingen is gehaald naar het huis van Cornelia Joosten, weduwe van Cornelis piterse, waardin wonende buiten de Tolsteegpoort aan de Vaartse Rijn daer den Otter uijt hanckt, het huis genaamd het Leckerhuijsje, staande onder Hoog- en Laagraven. Hij vond daar Leendert de Kievet, jongeling van Delft, knecht op de zaagmolen, die verwond was door Jan Hendericksz, mede schipperknecht van het marktschip op Ingen, die nu doot is. Om 10 uur had hij hem in de achterkamer van het Leckerhuijsje gevonden, zittende op een stoel, met een zware kwetsuur aan zijn hand en een steek in de borst, tot aan het borstbeen, welke wonden hij verbonden heeft. Hij had ook sneden in zijn broek, alles gedaan door Jan Hendericksz, zo werd gezegd.
Jacobus Curtius en Adriaen Balbioen, ook chirurgijns, Jan Jansz Dondi, koopman in granen en Willem Jansz, eerdmakaer wonende op het goed van de heer Van Pothuijsen, verklaren dat zij op maandag de 14e 's avonds tegen 7 uur Jan Hendericksz hebben gezien in het marktschip op Ingen, dat voor het Leckerhuijsje lag. Hij lag te kooi en was gestoken twee vingers onder de korte ribben. Zij vroegen hem, nu hij de dood voor ogen had, hoe hij gewond was geraakt, waarop hij antwoordde dat hij had gevochten met Leender de Kievet. Op de vraag hoe dat gekomen was antwoordde hij dat Peter Jansz eerst woorden had gehad met Leendert de Kievet. Toen deze naar buiten was gegaan, was Peter jansz met ontbloot mes door het venster naar buiten gesprongen, waarna een handgemeen was ontstaan. Jan Hendericksen, vrezende dat zijn maat het onderspit zou delven, was ook door het raam naar buiten gesprongen en had het mes van Peter Jansz afgenomen. Daarna had hij gevochten met Leendert de Kievet, die hij verscheidene sneden had toegebracht. Op de vraag of hij ook ruzie had gehad met Leendert de Kievet, had hij geantwoord dat hij alleen zijn maat wilde helpen en bevrijden. Als hij binnen was gebleven zou hem niets overkomen zijn. Wat hem was gebeurd kwam uit gram sijns harten. Leendert de Kievet vergaf hij alles.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum27-05-1678
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortAttestatie
InventarisnrU077A004
Aktenr102
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Cornelia Joosten, weduwe van Cornelis Pietersen, wonende buiten de Tolsteegpoort aan de Vaartse Rijn, onder het gerecht van Hoog- en Laagraven, daar de Otter uithangt, het huis genaamd het Leckerhuijsje, oud omtrent 49 jaar, Adriaentjen en Catharina Cornelis dochter oud omtrent 19 en 18 jaar resp., dochters van de comparante, Krijn Pietersz Lantsaet, pannenbakker op het goed van Van der Schilde, oud omtrent 27 jaar, en Jan Pietersz, knecht op de zaagmolen van de heer Pothuijsen, oud omtrent 22 jaar, beide laatste wonende onder Westraven, schuin over de eerste comparante.
Op zondag 12 mei 1678 waren ter herberg Leendert de Kievit, knecht op de zaagmolen van de eerste attestante, Peter Jansz en Jan Hendricksz die nu overleden is, schippersknechten op het marktschip of lichter van Peter van Ingen, varende van Utrecht op Ingen, en de twee laatste attestanten. Omtrent 8 uur is Leendert de Kievit, na een weinig stilgezeten te hebben, door de openstaande deur van de kamer en vervolgens naar buiten gegaan, waarna Pieter Jansz hem met alle middel heeft willen volgen. Om hem tegen te houden is de deur dichtgetrokken en vanuit de keuken toegehouden door de tweede attestante, om verdere moeilijkheden te beletten. Vervolgens, zo verklaren de twee laatste attestanten, had Peter Jansz het venster op de Rijn opengebroken, was naar buiten gesprongen en op Leendert de Kievit toegelopen, waarna bij het santpadt messen waren getrokken. Om verder kwaad te voorkomen waren de twee laatste attestanten voor de deur gekomen, waar zij gezien hadden dat Jan Hendricksz, ook uit het raam gesprongen, het mes van zijn maat had afgenomen. Peter Jansz, nu zonder mes, had opnieuw Leendert de Kievit aangevallen, hem onder de voet smijtende, en worstelende weer uit elkaar waren gekomen, waarna Leendert de Kievit, zo verklaarden de beide laatste comparanten, had geretireerd en was aangevallen door Jan Hendricksz, nu overleden, hem met het mes had aangevallen en zij op elkaar instaken. De laatste attestant had ook gezien dat Pieter Jansz Leendert de Kievit met een leer op zijn hoofd had geslagen. De laatste attestant had Jan Hendricksz onder het gevecht nog vastgehouden, zeggende lieve maet steeckt u mes op wat sult ghij beginnen, daer op furieuselijck antwoordende laet mij los 't salder niet deugen.

Molens in deze akte

UtrechtDe Oude KeizerKies deze molen
UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum24-10-1684
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortProcuratie
InventarisnrU093A009
Aktenr95
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Cornelia Joosten van der Velde, weduwe van Cornelis Pietersz Otter, wonende buiten de Tolsteegpoort, machtigt als eigenaresse van een zestiendepart van een molen te Serdam genaamt de Joffer, Jan Willemsz Schoorstien om haar portie nevens de mede-eigenaren te transporteren.

De constituante was eigenaar van zaagmolen de Otter aan de Vaartse Rijn.
Jan Willemsz Schoorsteen, was wrs de eigenaar van de paltrok de Schoorsteen te Zaandam Oostzijde, zie
https://zoeken.allemolens.nl/detail.php?id=79142

Molens in deze akte

Zaandam OostzijdeDe JufferKies deze molen
UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum07-02-1685
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortTestament
InventarisnrU064A012
Aktenr28-2
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Johanna van de Velde en haar echtgenote van Willem Gijsbertsen van Emmerick, wonend op de Helling maken hun testament.
Erfgenamen van Johanna van den Velde zijn Aertge Jans van Zuijlen, gehuwd met Jan de Wit, en Anthonij van Zuijlen, beide uit haar eerste huwelijk, en haar drie dochters Elisabeth, Adriana en Johanna van Emmerich uit haar huwelijk met Willem van Emmerich.
Willem Gijsbertsen van Emmerick benoemt tot zijn erfgenamen zijn drie dochters uit zijn huwelijk met Johanna van den Velde.
Eén van de drie jongste dochters is gehuwd met Rochus van Eede. Uit andere akten blijkt dit Elisabeth te zijn.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum01-08-1686
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortObligatie
InventarisnrU053A019
Aktenr93
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Cornelia Joosten, weduwe en boedelhoudster van Cornelis Pietersen den Otter, verklaart schuldig te zijn aan Cornelis Leechburch, wijnkoper, de som van F 1.381:15:0, voor geleverde wijnen sedert 01-07-1670 tot 19-04-1686, volgens afrekening geleverd. Over F 1.000 van het bedrag belooft zij 4% rente te betalen en het gehele bedrag in tien jaar af te lossen. Tevens compareren Pieter Cornelisz den Otter, Adriana den Otter en Catharina den Otter die zich borg stellen voor een bedrag van F 1.200.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum30-07-1687
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortVerkoop
InventarisnrU114A002
Aktenr16
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Gerard de With, oud rentmeester en houtkoper tot Wesell, verkoopt aan Cornelia Joosten van der Velde, wed Cornelis Petersz den Otter, een vierdepart in een houtzaagmolen met huis, erve en grond, strekkende van erf van Willem van Brederode noordwaarts acht roeden buiten de houttuin en breed van de akker of halve sloot tussen de rijnakker en het land van het convent van Abrahamdolien oostwaarts aldaar gelegen, Oz Vaartse Rijn, onder Oostraven, voor F 900 te betalen bij het tekenen van de akte, waarna het transport aanstonds moet geschieden.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum20-08-1690
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortSchuldbekentenis
InventarisnrU093A019
Aktenr16
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Cornelia van der Velde, weduwe van Cornelis Pietersz Otter, bekent schuldig te zijn aan Vries Jacobsz van der Swaluen een bedrag van F 300.

Molen wordt niet genoemd.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum25-05-1692
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortVerkoop
InventarisnrU111A004
Aktenr76
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Willem van Emmerick en Johanna van der Velde, echtelieden, verkopen aan hun (schoon)zuster Cornelia van der Velde, weduwe van Cornelis Pietersz den Otter, mitsgaders Pieter Cornelisz den Otter, Adriana den Otter, Catharina den Otter, getrouwd met Pieter Cornelisz Cruijt en Gerrit Cornelisz den Otter, een vierdepart in een zaagmolen met zijn gangwerk, en herberg of huis, en erf, aan de Vaartse Rijn, onder Hoograven, belend aan de noordzijde het land van Willem van Brederode en aan de oostzijde het land van Abraham Olie en zuidwaarts Johannes van Westrenens erfgenamen, voor de som van F 1.184.
De kopers zijn eigenaar van de andere ¾ parten.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum15-10-1693
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortContract
InventarisnrU093A025
Aktenr46
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Fije Elckus van Wattene, schipper en houtkoopman tot Hamburg, verklaart verkocht te hebben aan Pieter Cornelisz den Otter, wonende buiten de Tosteegpoort aan de zaagmolen de Otter, die bekent in koop aangenomen te hebben 15 grenen Hamburger balken, die de koper belooft te leveren aanstaande woensdag of donderdag, voor F 26 per stuk, totaal F 390. De koper zal het bedrag betalen met Pasen 1694. Het lossen komt voor rekening van de koper.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum01-03-1695
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortAttestatie
InventarisnrU123A002
Aktenr7
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Op verzoek van Johan van Tilborgh verklaren Johanna van de Velde, huisvrouw van Willem van Emmerik, en Elisabeth van Emmerik, huisvrouw van Rochus van Eede, dat de requirant met Pieter Cornelisz Kruijt in juli 1694 aan het huis van de comparanten zijn geweest en met elkaar hebben geaccordeert dat de huur tussen hen niet langer zou duren dan tot paassen 1695, en dat de knecht het recht zou hebben om alle 14 dagen te vertrekken.
In november 1694 zijn de requirant met zijn huisvrouw en de knecht opnieuw bij hun aan huis geweest. Zij hebben toen gehoord en gezien, dat zij met elkaar spraken over het arbeidsloon van drie weken, waarin de knecht niet op de molen had gewerkt. De knecht zou F 16 ontvangen, die ook ter plekke zijn uitgeteld, na deze van de comparanten te hebben geleend. Ze hebben in alle vriendschap samen wijn gedronken, en het laatste rondje was door de huisvrouw van de knecht betaald, waarna ze in vriendschap zijn gescheiden.

Pieter Cornelisz Kruijt was vermoedelijk gehuwd met Catharina Otter, een nicht van Johanna van de Velde.

Molens in deze akte

UtrechtDe Oude KeizerKies deze molen
UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum21-05-1695
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortProcuratie
InventarisnrU113A002
Aktenr33
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Cornelia van der Velde, weduwe van Cornelis Petersz den Otter, Adriana Cornelis den Otter, Gerrit Cornelisz den Otter, en gezamenlijk namens Pieter Cruijt en zijn echtgenote Catharina den Otter machtigen Peter Cornelisz den Otter om van Ludolph Renckinck een bedrag van F 250 op te nemen tegen jaarlijkse rente en om hun zaagmolen, huis, erf en grond op Hoograven aan de oostzijde van de Vaartse Rijn, strekkenden van het erf van Willem de With of diens recht verkrijgende noordwaards acht roeden buiten de Houttuin en in de breedte van de akker of ter halver sloot tussen de Rijnakker en het land van het convent van Brandolij tot onderpand te stellen.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum03-11-1695
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortObligatie
InventarisnrU113A002
Aktenr64
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Cornelia van der Velde, weduwe van Cornelis Pietersz den Otter, Adriana den Otter, Gerrit en Peter Cornelisz den Otter, wonende aan de Vaartse Rijn, bekennen schuldig te zijn aan Aert van Zijl een bedrag van F 1.100, terug te betalen binnen twee maanden na dato deses, tegen een intrest van 6%.
Comparanten beloven eerstdaags een grote partij hout publiek te laten verkopen en de kooppenningen te gebruiken voor rente en aflossing.
Als onderpand stellen zij een partij balken en platen:
thien brantsanse? balcken langh d' een door d' ander tussen de 52 en 64 voeten, vijff Hamburger balcken langh vijftich voeten, een van veertich voeten, een van vijff en twintich voet, drie van 18 voeten langh en ses van twaelff voeten langh, mitsgaders thien plaeten van 5 en vier duijm dick, leggende aen hare molenwerff.
Zij zullen het onderpand niet zonder toestemming verkopen en eventuele kooppenningen afdragen.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum08-04-1700
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortBorgstelling
InventarisnrU093A038
Aktenr54
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Cornelia van der Velde, weduwe van Cornelis Pietersz den Otter, in zijn leven mr van de zaagmolen genaamd de Otter geeft te kennen dat Pieter Cruijt, getrouwd met haar dochter Catharina den Otter zich heeft gevestigd in Mijdrecht op de zaagmolen van David Bogaertsz en deze in huur heeft aangenomen om daar als meester te zagen. Gezien de bezwaren daartegen van de armmeesters, die geen lasten wensten van enig onderhoud of alimentatie van bij overlijden na te laten kinderen stelt zij zich borg om de armmeesters van die last te zullen afhouden, en dat zij die kinderen tot haar last zal aannemen.

Molens in deze akte

MijdrechtDe SwartKies deze molen
UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum04-10-1701
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortHuurovereenkomst
InventarisnrU123A003
Aktenr49
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Johanna van der Velde, weduwe van Willem van Emmerick, verhuurt aan Cornelis van Wijck en Elisabeth van Emmerick een huis, erf, hof en hellingen.

Elisabeth van Emmerick was getrouwd met Rochus van Eede, zij had in 1692 scheiding aangevraagd wegens mishandeling.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum23-07-1703
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortProcuratie
InventarisnrU113A003
Aktenr30-2
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Dezelfde scan als akte 30-1??

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum23-07-1703
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortObligatie
InventarisnrU113A003
Aktenr30-1
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Cornelia van der Velde, weduwe en boedelgarster van Cornelis Pietersz den Otter, Pieter Cornelisz den Otter, Adriana den OtterPieter Cornelisz Kruijt, echtgenoot van Catharina den Otter, neffens Gerrit den Otter verklaren schuldig te zijn aan Johan Andreas Becker de somme van F 800 tegen 5% per jaar, maar als binnen drie maanden na de vervaldag wordt betaald mag 4% worden afgerekend. Zij verlenen tevens procuratie aan Gerrit den Otter om de zaagmolen, de herberg het Leckerhuijsje en lootsen en verder getimmerte te belasten met F 800 ten behoeve van Andreas Becker. Ook machtigen zij hem om te compareren voor schout en heemraden van Hoograven om de plecht preferent te doen maken boven twee reeds bestaande plechten.
Dezelfde scan als van 30-2??

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum28-01-1732
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortVerkoop
InventarisnrU159A004
Aktenr86
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Paulus van Bunnick, hospes in 't Leckerhuysje verkoopt aan Nicolaes Nelleman, coopman in hout, een zaagmolen den Otter, met loodsen en gereedschappen, ook met huis, grond en erven en tuinen, zoals het tegenwoordig door de tweede comparant en knechts bewoond wordt, zijnde een tapstede het Leckerhuijsje, onder Hoograven, aan de oostzijde van de Vaartse Rijn, belend de heer Pothuijsen noord- en oostwaarts en Wemmer Croes zuidwaarts.
Voor de som van F 7.200, verminderd met een kapitaal van F 3.600 ten behoeve van Juffr van Zuijdwijck, tegen een rente van 4% per jaar,en idem een kapitaal van F 800 van juffr de weduwe van notaris .... tegen rente als voren, en nog F 338 door de eerste comparant aan de laatste comparant verstrekt.
Tevens zullen de laatste comparant en zijn vrouw in huur hebben voor F 100 per jaar het Leckerhuijsje, mits dat ze toezicht houden op de molen en het hout, en op de molen werken bij ziekte vn een knecht tegen knechtsloon.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum28-09-1748
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortVerkoop
InventarisnrU174A011
Aktenr86-1
TranscriptieLink
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Openbare verkoping van onder andere een zaagmolen met knechtswoningen en 300 roeden land, aan de Vaartse Rijn onder Hoograven, genaamd de Otter, met de gereedschappen, strekkende de werf van de Vaartse Rijn af tot achter jegens de nabeschreven hof en terzijde dezelve tot jegens het land van de heer Pothuijsen, belend ten zuiden de hr Wemmert Croes en noordwaarts het nabeschreven huis (=de herberg). Aangeboden door Nicolaas Nelleman en zijn huisvrouw. Ingezet op F 3.800 door Wemmert Croes. Niet verhoogd. Opgehouden op 300 gulden meer.
De andere percelen wel verkocht.
De herberg verkocht aan Simon Marbach.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen

Gegevens akte

Datum16-10-1762
InstellingHet Utrechts Archief
Akte soortVerkoop
InventarisnrU245A003
Aktenr60-10
Permalink Open het origineel

Inhoud akte

Nicolaas Nelleman, weduwnaar van Cornelia de Ruijter, en Nicolaas Nelleman en Anthonij Nelleman, erven van Cornelia de Ruijter, verkopen aan Christiaan van Pesch een huijsinge en tapstede met kameren en wooninge, erven en tuinen, het Leckerhuijsje, met het recht tot de kolk, voorheen gebruikt geweest voor de zaagmolen van de verkoper, op last van een erfpacht van F 15 te behoeve van het convent van Abraham Dole.
Belend ten noorden en oosten de heer Pothuijsen en ten zuiden de heer Arnoldus de Rooij. Laatstgenoemde heeft het private recht tot de kolk en moet zijn kant van de schoeiing van de invaart vanaf de Vaartse Rijn tot aan de vijver aan het einde van de kolk onderhouden. Het recht vervalt als de tuin buiten gebruik komt, maar de onderhoudsplicht blijft gehandhaafd.
Met verwijzing naar transport van 18-07-1732.

Molens in deze akte

UtrechtDe OtterKies deze molen