Utrecht, Volmolen van Willem de With, Rijnackermolen
| Bouwjaar | voor 1664 |
| Verdwenen | ? |
| Molentype | Onbekend |
| Ligging | Vaartsche Rijn |
Beschrijving
In 1662 verkoopt Willem de With zijn houtzaagmolen De Hoop aan Jan Jansz van Fransburgh. Niettemin gaat hij in 1664 een overeenkomst aan met Jan Henricksen Cramer om zijn zaagmolen te verhuren. In de opsomming van de gereedschappen wordt gesproken van den sle naest den Rhijn, naast een grote en een kleine slede. Het kan dan ook niet gaan om een paltrok, en evenmin om zijn eerdere molen De Hoop.
In 1669 wordt de zaagmolen genoemd in een accoord tussen Willem de With en Gerrit de With. De molen wordt dan beschreven als saechmolen voor desen geweest een vulmolen. Perks meldt dat Willem de With in 1657 in het bezit was gekomen van Eusebius Brandsz en deze tot zaagmolen had omgebouwd. De stad had geen toestemming verleend voor deze overdracht en evenmin voor de verbouwing tot zaagmolen. Uit niet nader genoemde stukken concludeert hij dat de ombouw later ongedaan is gemaakt. Dit accoord lijkt dat laatste echter te weerspreken. De koppeling naar Allemolens is gebaseerd op de vermelding van de ombouw van de volmolen, het is echter niet zeker dat alle gegevens daar (lees: molendatabase) op dezelfde molen betrekking hebben.
Molenrecord Allemolens.nl
Link naar AlleMolens
Bronnen
Eigenschappen van deze molen
Geen eigenschappen beschreven