Utrecht, De Oude Keizer
Gegevens akte
Datum | 27-05-1678 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Attestatie |
Inventarisnr | U077A004 |
Aktenr | 102 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Cornelia Joosten, weduwe van Cornelis Pietersen, wonende buiten de Tolsteegpoort aan de Vaartse Rijn, onder het gerecht van Hoog- en Laagraven, daar de Otter uithangt, het huis genaamd het Leckerhuijsje, oud omtrent 49 jaar, Adriaentjen en Catharina Cornelis dochter oud omtrent 19 en 18 jaar resp., dochters van de comparante, Krijn Pietersz Lantsaet, pannenbakker op het goed van Van der Schilde, oud omtrent 27 jaar, en Jan Pietersz, knecht op de zaagmolen van de heer Pothuijsen, oud omtrent 22 jaar, beide laatste wonende onder Westraven, schuin over de eerste comparante.
Op zondag 12 mei 1678 waren ter herberg Leendert de Kievit, knecht op de zaagmolen van de eerste attestante, Peter Jansz en Jan Hendricksz die nu overleden is, schippersknechten op het marktschip of lichter van Peter van Ingen, varende van Utrecht op Ingen, en de twee laatste attestanten. Omtrent 8 uur is Leendert de Kievit, na een weinig stilgezeten te hebben, door de openstaande deur van de kamer en vervolgens naar buiten gegaan, waarna Pieter Jansz hem met alle middel heeft willen volgen. Om hem tegen te houden is de deur dichtgetrokken en vanuit de keuken toegehouden door de tweede attestante, om verdere moeilijkheden te beletten. Vervolgens, zo verklaren de twee laatste attestanten, had Peter Jansz het venster op de Rijn opengebroken, was naar buiten gesprongen en op Leendert de Kievit toegelopen, waarna bij het santpadt messen waren getrokken. Om verder kwaad te voorkomen waren de twee laatste attestanten voor de deur gekomen, waar zij gezien hadden dat Jan Hendricksz, ook uit het raam gesprongen, het mes van zijn maat had afgenomen. Peter Jansz, nu zonder mes, had opnieuw Leendert de Kievit aangevallen, hem onder de voet smijtende, en worstelende weer uit elkaar waren gekomen, waarna Leendert de Kievit, zo verklaarden de beide laatste comparanten, had geretireerd en was aangevallen door Jan Hendricksz, nu overleden, hem met het mes had aangevallen en zij op elkaar instaken. De laatste attestant had ook gezien dat Pieter Jansz Leendert de Kievit met een leer op zijn hoofd had geslagen. De laatste attestant had Jan Hendricksz onder het gevecht nog vastgehouden, zeggende lieve maet steeckt u mes op wat sult ghij beginnen, daer op furieuselijck antwoordende laet mij los 't salder niet deugen.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 16-01-1685 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Verkoop |
Inventarisnr | U099A001 |
Aktenr | 100 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Hendric van Pothuysen verkoopt aan Johan van Tilburgh de helft in een achtkante zaagmolen aan de Vaartse Rijn, in de stads vrijheid onder Westraven, met de helft van een morgen land waar de molen op staat, belend ten zuiden de pannebackerij van Abraham van der Schilde en ten noorden de commanderij van den Duijtschen Huijse.
De verkoper mag om niet 100 karsebomen uit het plantsoen trekken, alsmede enige karsebomen die de verkoper in het hof achter zijn woning nodig heeft. De koper is gehouden aan het contract tussen de verkoper en Van der Schilden, alsmede aan de consenten van de stad Utrecht, het waterschap van de Lange Vliet en de polder Westraven.
Voor F 1.900 vrij gelt, te voldoen uit de plecht van 19 november 1674, ter somme van F 2.600 bij het transport. Vervolgens moet op een andere plecht na drie jaar F 50 per jaar worden afgelost uit het inkomen van de molen. Als de molen komt te verongelukken blijft de verkoper aansprakelijk voor de intrest op deze plecht.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 16-01-1685 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Verkoop |
Inventarisnr | U099A001 |
Aktenr | 96 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Hendric Pothuijsen verkoopt aan Willem van Brederode de helft van al het gereedschap voor F 700, behorende aan de achtkante zaagmolen die de eerste comparant heden aan de tweede comparant heeft verkocht, onder verrekening van een plecht uit 1676 en overname van een plecht uit 1675.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 16-01-1685 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Verkoop |
Inventarisnr | U099A001 |
Aktenr | 97 |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Hendric van Pothuyzen verkoopt aan Johan Tilborgh de helft van al het gereedschap van een achtkante zaagmolen, voor een bedrag van F 700, te betalen door het roijeren van een plecht van F 2.600 die de koper heeft op de verkoper.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 16-01-1685 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Recht van voorkoop |
Inventarisnr | U099A001 |
Aktenr | 98 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Johan Tilborgh en Willem van Brederode, die samen een achtkante zaagmolen met een morgen land hebben gekocht van Hendrick van Pothuijsen, verlenen elkaar het recht van voorkoop bij verkoop van hun aandeel in molen en land.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 16-01-1685 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Verkoop |
Inventarisnr | U099A001 |
Aktenr | 99 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Hendric van Pothuysen verkoopt aan Willem van Brederode de helft van een achtkante zaagmolen met de helft van een morgen land waar de molen op staat, aan de Vaartse Rijn op Westraven, belend ten zuiden de pannebackerije van Abraham van den Schilde en ten noorden de commanderije van Duijtsche Huijse. De wederhelft van molen en land is heden verkocht aan Johan Tilborgh.
Tevens verkoopt hij nog zes morgen land achter het land van de molen strekkende tot aan de Rode wetering.
De kopers zijn gehouden aan het accoord tussen de verkoper en Abraham van der Schilde en de consenten van de stad Utrecht, het waterschap van de Lange Vliet en de polder van Westraven.
Een en ander voor een bedrag van F 2.800, te voldoen eerstelijk door het royeren van een plecht pro resto groot F 300 die nu de koper toekomt, en door overname van een plecht van F 2.500, die het cappittel van St Marie heeft op de verkoper.
Akte van verhuur van de zes morgen land door Willem van Brederode, coopman in steenen te Amsterdam in 1691:
https://hetutrechtsarchief.nl/collectie/609C5BC418E54642E0534701000A17FDMolens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 05-10-1686 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Personeel |
Inventarisnr | U117A001 |
Aktenr | 44 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Johan Tilborgh en Jan Pietersz Prins komen overeen dat Prins aanneemt de zaagmolen van Tilborgh staande op Westraven aan de noordzijde van de Vaartse Rijn te bedienen voor de tijd van één jaar of zoveel langer als ze overeenkomen, ingaande 1 oktober deses.
Prins zal acht gulden per week ontvangen alsmede zaagsel en brandhout en vrije woning en licht, zoals dat op andere molens gebruikelijk is. Geschillen zullen door arbitrage van twee onpartijdige mannen worden beslecht.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 15-06-1687 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Verkoop |
Inventarisnr | U093A012 |
Aktenr | 63 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Johannes Tilborch verkoopt aan Jan Pieterss Prins, meesterknecht op de houtzaagmolen, een achtstepart in vijf hond land en een achtstepart in de houtzaagmolen die op het land staat met het huis, loodsen enz, belend de heren van de Duijtsche huijse aan de noordzijde en de erfgenamen van Abraham van der Schilde aan de zuidzijde, strekkende van de Vaartse Rijn tot aan de vijver van Willem van Brederode, op gelijke condities als in de koopovereenkomst met Hendrick van Pothuijsen dd 16-01-1685 voor de ene helft en met Willem van Brederode dd 02-10-1686 voor de andere helft, voor F 800 te betalen in termijnen van F 200 per jaar tegen 4% per jaar. Na volledige betaling zal transport plaatshebben. Koper is gehouden als meesterknecht te blijven werken, de onderknecht, jongen en andere arbeiders aan te moedigen en zo vel werk aan zagen te krijgen als moglijk is. Tevens moet hij boek houden. De koper zal hem voor zijn diensten F 308 per jaar betalen met vrij wonen in het huis. Schaden en baten zullen naar rato worden verdeeld. Verkoper zal de koper vrij houden van kost en schadeloos houden van het proces dat Willem van Brederode de verkoper heeft aangedaan inzake de overweg naar zijn land. De verkoper heeft het recht na zes jaar het aandeel terug te kopen voor F 800.
De weduwe van Abraham van der Schilden was in 1693 de huisvrouw van Jan Pieterss Prins:
https://hetutrechtsarchief.nl/collectie/609C5BC554ED4642E0534701000A17FDMolens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 15-06-1687 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Verkoop |
Inventarisnr | U093A012 |
Aktenr | 64 |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Johannes Tilborgh verkoopt aan Jan Pieterss Prins een achtstepart van het gereedschap van een houtzaagmolen onder Westraven, met het recht van terugkoop, voor F 200, te betalen in twee termijnen van F 100 zonder intrest.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 01-03-1695 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Attestatie |
Inventarisnr | U123A002 |
Aktenr | 7 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Op verzoek van Johan van Tilborgh verklaren Johanna van de Velde, huisvrouw van Willem van Emmerik, en Elisabeth van Emmerik, huisvrouw van Rochus van Eede, dat de requirant met Pieter Cornelisz Kruijt in juli 1694 aan het huis van de comparanten zijn geweest en met elkaar hebben geaccordeert dat de huur tussen hen niet langer zou duren dan tot paassen 1695, en dat de knecht het recht zou hebben om alle 14 dagen te vertrekken.
In november 1694 zijn de requirant met zijn huisvrouw en de knecht opnieuw bij hun aan huis geweest. Zij hebben toen gehoord en gezien, dat zij met elkaar spraken over het arbeidsloon van drie weken, waarin de knecht niet op de molen had gewerkt. De knecht zou F 16 ontvangen, die ook ter plekke zijn uitgeteld, na deze van de comparanten te hebben geleend. Ze hebben in alle vriendschap samen wijn gedronken, en het laatste rondje was door de huisvrouw van de knecht betaald, waarna ze in vriendschap zijn gescheiden.
Pieter Cornelisz Kruijt was vermoedelijk gehuwd met Catharina Otter, een nicht van Johanna van de Velde.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 22-07-1697 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Attestatie |
Inventarisnr | U059A006 |
Aktenr | 5 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Piter Cruijt en Jan Sijmonsz verklaren, dat zij hun dienstverband als meesterknecht op de zaagmolen van Johan Tilborgh niet hebben beëindigd op instigatie van Cornelis Achterbergh, maar dat zij zijn ontslagen.
Piter Cruijt huurt in 1699 de zaagmolen te Mijdrecht.
Hij was getrouwd met Catharina den Otter.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 13-10-1721 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Verkoop |
Inventarisnr | U166A001 |
Aktenr | 182 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Jan Altena verkoopt aan Hendrik Versteegh, houtkoper, een zaagmolen de Oude Keyser, met zijn kolk, grond, houtschuren en houttuin, bepoting en beplanting, alsmede het huis en erf, buiten de Tolsteegpoort, onder Westraven, voor F 6.000, te betalen F 3.000 de eerste januari 1722, en de rest tegen 4% af te lossen met aanzegging drie maanden van te voren. Verkoper mag nog tot mei 1722 de kleine kamer, keuken en voorkeuken alsmede de zolder gebruiken.
Tevens verkoopt hij alle gereedschappen, te weten seijlen, sagen, touwen, winden, kapstanders, kettingen, haacken, en kunst en de schuit, voor F 2.000, te betalen 1 januari 1723, met intrest van 4%.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 29-05-1748 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Aanbesteding |
Inventarisnr | U208A001 |
Aktenr | 36 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Hendrik Versteeg, houtkoper, verklaart te hebben aanbesteed het arbeidsloon van het maken van een nieuwe achtkante of zaagmolen, hetgeen mr. Jacob van Edenberg, molenmaker, verklaart te hebben aangenomen, op de plaats van de oude afgebrande molen.
De aanbesteder zal zelf alle materialen leveren, en de aannemer moet zorgen voor het benodigde gereedschap, behalve het hout voor mallen en wiggen en de schalk met tuipalen.
Volgt een compleet bestek in Amsterdamse maat.
De molen moet gereed zijn 1 december 1748 en vierkant, achtkant, as en roeden en stelling voor 15 augustus, dat de decker aan het dekken kan komen.
Aangenomen voor F 1.775 en twee ducaten voor zijn zoon.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 18-09-1771 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Testament |
Inventarisnr | U242A007 |
Aktenr | 132 |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Hendrik Versteeg, koopman in hout, en zijn echtgenote Willemina van Poolsum maken hun testament.
Zoon Johan Everard Versteeg mag na overlijden van de langstlevende de zaagmolen de Oude Keizer, staande onder Westraven, met alle gereedschappen, schuiten en verder toebehoren als kolk, molenwerf loodsen, huis, hof en boomgaard. idem de zeven woningen nu een houtschuur, stalling etc., en nog zes morgen weiland daarachter liggende, aannemen voor F 13.000.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 16-11-1790 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Huurovereenkomst |
Inventarisnr | U242A020 |
Aktenr | 186 |
Transcriptie | Link |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Huur en verhuur, Jan Everard Versteeg verhuurt aan Jan Evert Ravestein een zaagmolen de Oude Keizer, met werf, houtschuren en gragten en twee knechtswoningen, onder Laagraven, met alle gereedschappen en de negotie, waarvan specificatie zal worden gemaakt. Herenhuis en tuin en het weiland daarachter vallen buiten de huur.
Eveneens wordt verhuurd een huis, erf en grond binnen de stad, aan de westzijde van de Oude Gracht, tussen de Geerte- en de Volgerbrug, waar de Hollandsche Daalder uithangt, met dehoutschuren, werven en drie hout gebinten, zoals die tot nu toe voor de houtnegotie zijn gebruikt. Een en ander voor de tijd van zes jaren voor F 630 per jaar.
Molens in deze akte
Gegevens akte
Datum | 20-11-1797 |
Instelling | Het Utrechts Archief |
Akte soort | Testament |
Inventarisnr | U242A024 |
Aktenr | 102 |
Permalink | Open het origineel |
Inhoud akte
Testament van Jan Everard Versteeg, wonend aan de westzijde van de Oudegracht bij de Geertebrug.
Hij prelegateert aan zijn neven en nichten, behalve Jan Everard Ravesteijn, een geldbedrag als compensatie voor het voordeel dat Jan Everard heeft genoten bij overname van zijn negotie.
Dezelfde Jan Everard Ravesteijn mag na zijn overlijden, naar zijn keuze, de houtzaagmolen de Oude Keijzer, het gehele terrein met opstallen en het herenhuis overnemen evenals zes morgen weiland, en het huis binnen de stad aan de westzijde van de Oude Gracht, waar de Hollandche Daalder uithangt, voor F 22.000.
Ook voor zijn personeel een aantal kleinere legaten.
Molens in deze akte